Degradatie vanwege verschijnen foto op social media niet onredelijk of onbillijk
De beroepscommissie van de RSJ heeft geoordeeld dat het terugplaatsen van een gedetineerde naar het basisprogramma (degradatie), omdat hij poserend te zien was op een foto op Snapchat niet onredelijk of onbillijk was. De degradatie was gebaseerd op artikel 1d van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (de regeling) na de wetswijziging van 1 oktober 2020.
De beroepscommissie oordeelt dat het poseren voor een foto die is gemaakt in een cel, waarop meerdere gedetineerden lachend zichtbaar zijn en waarbij die foto op social media is gesignaleerd, kan worden aangemerkt als ‘ongewenst gedrag’, als bedoeld in de regeling.
De degradatiebeslissing bevat een deugdelijke en inzichtelijke belangenafweging en deze kan, gelet op de aard en ernst van het gedrag van de gedetineerde, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De beroepscommissie oordeelt hiermee anders dan de beklagcommissie, die de gedetineerde in het gelijk had gesteld en hem een tegemoetkoming toekende van € 30,-.
Ontoelaatbaar gedrag
De directeur had een andere gedetineerde wegens een foto op social media eerder gedegradeerd wegens ‘ontoelaatbaar gedrag’ (zie RSJ 12 november 2020, S-20/4683/SGA). De schorsingsvoorzitter oordeelde dat deze gedraging niet valt onder de gedragingen die in de regeling als ‘ontoelaatbaar’ gedrag zijn bestempeld.
De gedetineerde in deze zaak was eerder ook gedegradeerd wegens 'ontoelaatbaar gedrag' en is vervolgens op grond van ‘ongewenst gedrag’ gedegradeerd. De directeur kon die nieuwe beslissing tot degradatie met een verbeterde kwalificatie nemen.
Lees de hele uitspraak: RSJ 10 januari 2022, 21/20016/GA