Degradatie naar het basisprogramma voor de duur van 26 weken onredelijk en onbillijk
De beroepscommissie van de RSJ oordeelt dat een degradatiebeslissing naar het basisprogramma voor de duur van 26 weken wegens het bezit van een smartphone, onredelijk en onbillijk is. De directeur heeft onvoldoende gemotiveerd waarom hij deze degradatie van ruim vier keer de minimale duur van een degradatie passend acht.
De directeur van de Penitentiaire Inrichting Krimpen aan den IJssel heeft naar aanleiding van het aantreffen van een smartphone in diens cel een gedetineerde voor een periode van 26 weken uitgesloten van deelname aan het plusprogramma (gedegradeerd). De gedetineerde heeft tegen deze beslissing beklag ingesteld. De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard voor zover de degradatie de duur van 13 weken te boven gaat en aan de directeur de opdracht gegeven om een nieuwe beslissing te nemen. De directeur heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld. Hij meent dat de beklagcommissie niet tot voormeld oordeel heeft mogen komen, omdat er geen sprake meer zou zijn van een marginale toets en de wetgever de duur van de degradatie uitdrukkelijk aan de directeur heeft toebedeeld.
Wanneer de directeur besluit een gedetineerde te degraderen, bepaalt hij de periode waarin de gedetineerde het gewenste gedrag kan laten zien om weer voor promotie in aanmerking te kunnen komen. Deze periode is minimaal zes weken. Als de directeur aanleiding ziet om een langere periode in acht te nemen dan dient hij dit besluit te motiveren. De beroepscommissie is net als de beklagcommissie van oordeel dat de directeur zijn beslissing onvoldoende heeft gemotiveerd. De door de directeur gegeven motivering, waarbij gewicht is toegekend aan de mogelijkheid van voortgezet crimineel handelen in detentie, vindt de beroepscommissie onvoldoende om een degradatie van een dergelijk lange periode te kunnen dragen. De beroepscommissie heeft het beroep van de directeur daarom ongegrond verklaard.
RSJ 27 juni 2022, 21/20486/GA