Valt disciplinair straffen onder bevoegdheid Hoofd Veiligheid als aangewezen plaatsvervangend directeur?

De beroepscommissie doet uitspraak in een zaak waarin de bevoegdheid van de beslisser centraal staat. Het Hoofd Veiligheid van DC Rotterdam is ook aangewezen als plaatsvervangend directeur. Hij heeft twee disciplinaire straffen aan een gedetineerde opgelegd. Anders dan de beklagcommissie oordeelt de beroepscommissie dat sprake is van bevoegd genomen beslissingen.

Toelichting

Het oordeel van de beklagcommissie

De beklagcommissie heeft uit de wetsgeschiedenis voorwaarden afgeleid waaraan het Hoofd Veiligheid zou moeten voldoen als het gaat om de bevoegdheid tot het opleggen van disciplinaire straffen. Zij heeft aan die voorwaarden getoetst en geconcludeerd dat het onvoldoende duidelijk is geworden dat aan alle voorwaarden is voldaan. Daarom was volgens de beklagcommissie sprake van onbevoegd genomen beslissingen. Het beklag is toen gegrond verklaard en aan klager is een tegemoetkoming toegekend van €187,50.

Het oordeel van de beroepscommissie

Bevoegdheid beslisser

De Minister voor Rechtsbescherming heeft op grond van artikel 3, vierde lid, van de Pbw de bevoegdheid één of meer personen aan te wijzen als plaatsvervanger van de directeur. Het Hoofd Veiligheid is bij besluit van 29 augustus 2022 door de Minister aangewezen tot plaatsvervangend directeur, als bedoeld in artikel 3, derde lid van de Pbw (oud).  

De beroepscommissie overweegt dat het niet aan haar is om de rechtsgeldigheid van het aanwijzingsbesluit van de Minister verder te toetsen. De beroepscommissie toetst ambtshalve of degene die de beslissing(en) heeft genomen daartoe bevoegd is. Op basis van het aanwijzingsbesluit van de Minister is het Hoofd Veiligheid in kwestie bevoegd om de bestreden disciplinaire straffen op te leggen.

Disciplinaire straffen

De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en overweegt dat beide disciplinaire straffen in redelijkheid zijn opgelegd. Omdat niet is gebleken dat bij het toepassen van cameratoezicht tijdens de straf het wettelijk verplichte advies van een gedragskundige of inrichtingsarts is gevraagd, wordt een van de twee klachten gegrond verklaard en krijgt klager een tegemoetkoming van €7,50. 

Lees hier de hele uitspraak: RSJ 2 mei 2024, 24/38885/GA.