Beleidsreactie op advies Vrijheidsbeperkende maatregelen in de open residentiële jeugdhulp

In de Voortgangsbrief Jeugd van 21 juni jl. hebben de (demissionaire) staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn, en Sport (VWS) en de (demissionaire) minister voor Rechtsbescherming een korte reactie gegeven op het advies over vrijheidsbeperkende maatregelen in de open residentiële jeugdhulp. De Afdeling advisering van de RSJ bracht dit advies op verzoek van de staatssecretaris van VWS op 31 oktober 2023 uit.

Beleidsreactie

De verantwoordelijke bewindspersonen vinden op basis van het advies dat een wijziging van de Jeugdwet, gericht op het creëren van een wettelijke grondslag voor en rechtswaarborgen bij het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen in de open jeugdhulp, overwogen moet worden.

In het advies beveelt de RSJ aan één wettelijke regeling te ontwerpen voor de zorg en ondersteuning aan jeugdigen, door middel van een harmonisatie van de Jeugdwet, de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en de Wet zorg en dwang. De reden hiervoor is dat op dit moment vrijheidsbeperking van jeugdigen in deze drie wetten verschillend is geregeld. Ook adviseert de RSJ om een aantal rechtswaarborgen en randvoorwaarden te verbinden aan het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen in de open residentiële jeugdhulp. Tot het moment dat voorzien is in een wettelijke grondslag, rechtswaarborgen en randvoorwaarden adviseert de RSJ om geen vrijheidsbeperkende maatregelen in de open residentiële jeugdhulp toe te passen.

Een voorwaarde die de bewindspersonen stellen, is dat de wetswijzing past in de ambitie om te stoppen met gesloten jeugdhulp. De RSJ geeft in het advies aan het afbouwen van de gesloten jeugdhulp wenselijk te vinden, mits er voldoende alternatieven voor passende zorg zijn. De RSJ is daarnaast van mening dat een plaatsing in geslotenheid in beperkte en noodzakelijke gevallen mogelijk moet blijven. In zulke gevallen moet de plaatsing zo kort mogelijk duren en moet deze in het teken staan van het bieden van de meest passende zorg en ondersteuning aan de betreffende jeugdige. Hierbij sluit de RSJ aan bij het uitgangspunt van kleinschaligheid en het zoveel mogelijk voorkomen van vrijheidsbeperkende maatregelen.

Een definitief besluit over een eventuele wijziging van de Jeugdwet laten de bewindspersonen over aan het nieuwe kabinet.