Advies De overplaatsing van gedetineerden binnen een arrondissement
Overplaatsingen van gedetineerden geschieden volgens de huidige wettelijke procedure op beslissing van de minister, die daarvoor de selectiefunctionaris heeft aangesteld. De Dienst Justitiële Inrichtingen wil om redenen van efficiency de directeuren laten beslissen over bepaalde overplaatsingen, t.w. die tussen penitentiaire inrichtingen binnen hetzelfde arrondissement en met eenzelfde regime
Download 'Advies De overplaatsing van gedetineerden binnen een arrondissement'
Download 'Reactie staatssecretaris van Justitie op Advies De overplaatsing van gedetineerden binnen een arrondissement'
Wet- en regelgeving vormen het uitgangspunt voor de procedure van overplaatsing van gedetineerden en geven de selectiefunctionaris met reden bepaalde bevoegdheden. Verandering van de procedure kan derhalve niet om de wet heen. Het voorstel houdt geen rekening met de wetshistorische achtergrond van de huidige regeling; het neerleggen van de overplaatsingsbevoegdheid bij de directeuren holt de bevoegdheden van de minister en de selectiefunctionaris uit.
De gedachte achter de huidige regeling is dat de beslissing tot (over-)plaatsing tussen inrichtingen door een meer op afstand staande functionaris wordt genomen, onder de verantwoordelijkheid van de minister van justitie. De kwaliteit en objectiviteit van de plaatsingsbeslissing worden meer gewaarborgd wanneer de beslissingsbevoegde deskundig is en boven de partijen staat. De verschuiving kan op langere termijn grotere gevolgen hebben. Het gaat nu nog om de beslissingsbevoegdheid bij overplaatsingen binnen gelijksoortige inrichtingen en regimes. Een volgende stap kan zijn deze bevoegdheid uit te breiden naar beslissingen over binnenregionale overplaatsingen, ongeacht de regimes of differentiaties.
De gedetineerde wordt in het voorstel afhankelijk van de beslissing van zijn directeur. De kans is groot dat deze bij zijn beslissing een beoordeling van het gedrag van de gedetineerde in de inrichting mee laat wegen. Dat zal niet altijd zichtbaar zal zijn, maar kan wel de belangen van de gedetineerde raken.
Er bestaan plannen om de structuur en aansturing van het gevangeniswezen ingrijpend te veranderen. In de nieuwe situatie is ‘de inrichting’ die door een directeur wordt bestuurd waarschijnlijk groter, of worden meerdere inrichtingen door één directeur bestuurd. Niet helder is welke gevolgen dat heeft voor de wettelijke bevoegdheden van de directeur.
Al met al is de RSJ geen voorstander van het voorstel. Overplaatsing kan gevolgen hebben voor de continuiteit van de activiteiten waaraan de gedetineerde deelneemt, zoals arbeid. Daarom zou bij wijziging van de overplaatsingsprocedure in elk geval een vorm van rechtsbescherming geregeld moeten zijn.