Advies conceptbeleidskader libidoremmende middelen in de tbs
De staatssecretaris van V&J heeft de RSJ gevraagd te adviseren over het conceptbeleidskader ‘Libidoremmende middelen in de tbs’. Met het beleidskader wordt beoogd ter beschikking gestelde zedendelinquenten een gelijke positie te geven waar het gaat om het al dan niet voorschrijven van deze middelen.
Het beleidskader is opgesteld naar aanleiding van een advies van de RSJ uit 2010.
De RSJ kan zich vinden in de beleidsvoornemens en adviseert daarnaast het beleidskader op de volgende punten aan te vullen of uit te breiden:
- Het is noodzakelijk dat op inrichtingsniveau randvoorwaarden worden gecreëerd waardoor behandelaars optimaal en volgens de ‘state of the art’ de afweging kunnen maken al dan niet libidoremmende middelen voor te schrijven. De RSJ beveelt daarom aan in het beleidskader op te nemen dat inrichtingen met betrekking tot dit onderwerp structureel aandacht hebben voor bij- en nascholing, intercollegiale toetsing en samenwerking;
- Het is goed om concreet aan te geven op welke wijze de stimulerende rol van het ministerie met betrekking tot het ontwikkelen van een multidisciplinaire richtlijn vorm wordt gegeven. De RSJ beveelt aan in de richtlijn expliciet aandacht te besteden aan de eigenheid van de forensische psychiatrie;
- De RSJ adviseert in het beleidskader een evaluatietermijn op te nemen.
Tot slot wijst de RSJ op het belang van wetenschappelijk onderzoek naar de effecten van (langdurig) gebruik van libidoremmende middelen.