Elektronisch toezicht
Beeld: ©RSJ

Technologische innovaties in de forensische zorg

Technologische ontwikkelingen gaan snel, zo ook binnen de forensische zorg waar in hoog tempo nieuwe technologieën worden ontwikkeld en toegepast voor behandeling en beveiliging. Denk bijvoorbeeld aan een VR-bril om binnen de beveiligde setting situaties in de maatschappij realistisch na te bootsen, of een bodyscan voor controle op contrabande.  

De inzet van technologieën kan allerlei voordelen bieden, zoals meer behandelmogelijkheden, vergroting van de motivatie van de patiënt en mogelijk een lagere capaciteitsdruk voor personeel. Het brengt echter ook risico’s met zich mee. Denk daarbij aan schending van de privacy van de patiënt en een niet-legitieme inzet in een gedwongen justitieel kader als gevolg van achterlopende wetgeving.

Om bestaande maar ook toekomstige technologieën op een verantwoorde manier te kunnen toepassen, moet rekening worden gehouden met een aantal ethische en juridische uitgangspunten. Eventuele toepassing raakt namelijk aan ethische waarden die ten grondslag liggen aan fundamentele mensen- en grondrechten, wet- en regelgeving en beleid.

Op verzoek van het ministerie van Justitie en Veiligheid heeft de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming een advies over dit onderwerp uitgebracht, genaamd: Technologische innovaties in de forensische zorg. Advies over randvoorwaarden bij de inzet van technologieën in de forensische zorg.

De RSJ heeft in het advies eerst uitgebreid de context – het politieke beleid en de ontwikkelingen in de (forensische) zorg – en relevante ethische en juridische aspecten in kaart gebracht en daarbij steeds belangrijke aandachtspunten benoemd.

Aan de hand daarvan heeft de RSJ een afwegingskader opgesteld waarin de belangrijkste ethische en juridische uitgangspunten stapsgewijs kunnen worden nagelopen. Dit betreft de toelating, implementatie en individuele toepassing van technologieën. Doelbinding (een technologie alleen inzetten voor een vooraf bepaald expliciet doel) wordt daarbij als één van de belangrijkste uitgangspunten gezien. Andere voorbeelden zijn dat de technologieën van goede kwaliteit moeten zijn en daarbij moeten voldoen aan verschillende veiligheidseisen. Daarnaast is het belangrijk dat een patiënt altijd voldoende wordt geïnformeerd en dat bij een technologie met een behandeldoel wordt bezien of de patiënt instemt. In dat verband is het ook belangrijk dat personeel goed is opgeleid en dat er goede informatie beschikbaar is voor het personeel en de patiënt.  

De uitgangspunten kunnen worden verwerkt in regelgeving, beleid en allerlei andere kaders binnen de forensische zorg en als vertrekpunt dienen voor de verdere ontwikkeling van randvoorwaarden. Dit is één van de aanbevelingen van de RSJ.

Er worden verder nog aanbevelingen gedaan met betrekking tot het ontwikkelen van een visie op de inzet van technologieën in de forensische zorg en meer overheidsregie, in samenwerking met externe partijen, zodat er ook landelijke coördinatie komt. Hiermee wordt beoogd dat de inzet van technologieën in de forensische zorg beter wordt ingekaderd dan nu, maar tegelijkertijd ook gefaciliteerd.

Klik op de link hierboven om het advies te openen.